Heel langzaam rijdt ze over het pad waar het knisperende grind onder de autobanden een gerust gevoel geeft. “Dan denk ik: ja ik ben er weer.” Met verse rozen, want die bracht hij altijd voor haar mee, bezoekt Riona Wagemakers de plek van haar man, tussen de bomen op een veld in het bos. Ze voelt zich welkom op natuurbegraafplaats Maashorst, de deur staat hier altijd voor haar open. Met nieuwe energie voor de week gaat ze na haar bezoek aan haar lief weer naar huis. “Ondanks het gemis kan het ook heel mooi zijn.” Ruim veertig jaar geleden stond, op een schoolfeest, tussen alle stoere jongens een rustige jongen met hele mooie, blauwe ogen. “Die bleef een beetje plakken. Hij was de liefde van mijn leven, mijn maatje. Een familieman die altijd voor zijn gezin klaarstond.”
Op een tropisch warme dag in augustus zochten ze samen naar een mooie plek op Maashorst. “Het deed ons denken aan de tijd dat we gingen kamperen en dat we met de caravan rondreden. Het gevoel was hetzelfde. Is dit een mooie plek? Schijnt de zon? Het was een hele goede keuze. Ik kom hier graag, het geeft me energie. Het voelt hier veilig en vertrouwd. Het leven staat hier even stil, maar de natuur niet, alle seizoenen zijn prachtig.”
Haar favoriete wandelroute naar hun plek is het bospad want “na de bocht wordt het steeds mooier”, waar ze meestal gaat zitten op haar eigen plekje, naast haar man. “Ik tik altijd even op de boomschijf om te zeggen: ‘Ik ben er’ en als ik wegga dan zwaai ik en zeg: ‘Dag lief, tot de volgende keer’.”